Dat Cuba zo’n groen eiland is dankt het aan het tropisch savanneklimaat, waarbij de combinatie van voldoende neerslag gedurende het hele jaar en hoge tropische temperaturen zorgen voor groeizaam weer. Binnen de Köppen-Geiger klimaatclassificatie valt het klimaat van het grootste deel onder de Aw (tropisch savanneklimaat). Een klein deel van het eiland Cuba heeft door een lagere hoeveelheid neerslag een war, stappen klimaat. Dit is type Bsh binnen het klimaatsysteem van Köppen-Geiger.
Het weer in Cuba
Temperaturen
Wie naar Cuba reist die zal het niet snel koud hebben, tenzij dat je in ruimtes bent waar de airconditioning het te koel maakt. Bij het tropische klimaat horen maximumtemperaturen die gemiddeld tussen de 25 en 35 graden Celsius liggen. De laagste dagtemperaturen zie je in Cuba als het bij ons winter is. Het wordt dan altijd nog op z’n minst 25 graden overdag. Dat is wat in Nederland als een ‘zomerse dag’ gezien wordt door het KNMI. Gemiddeld ligt het kwik in de middag tijdens onze winter zo rond de 27 tot 29 graden Celsius. Vanaf april/mei tot medio november liggen de middagtemperaturen rond of iets boven de tropische grens van 30 graden Celsius. Het voordeel van Cuba is dat het zelden warmer wordt dan 34-35 graden Celsius. Temperaturen van veertig graden of hoger komen hier gewoonweg niet voor.
In de avond koelt het af zodra de zon onder gaat. Dat gaat vrij geleidelijk, waardoor de avonden vrijwel altijd als zwoel aangeduid kunnen worden. In de koelste maanden daalt de temperatuur langzaam naar een graad of 18 tot 20, in de warmste maanden blijft de thermometer vaak bij een graad of 22 tot 24 steken. Als je aan de kust verblijft dan kun je het ’s avonds op het terras soms toch als wat fris ervaren. Dat merk je vooral in het winterseizoen en op plekken waar wat wind voelbaar is. Een dun vestje of een zomerjasje voor de avonden wordt door mensen die het wat gemakkelijker koud hebben daarom wel aanbevolen als je je garderobe voor je vakantie in Cuba aan het samenstellen bent.
Neerslag
Op Cuba regent het meer dan in Nederland of België. Het verschilt per jaar en per gebied in Cuba, maar reken maar op een gemiddelde jaarsom van 900 tot 1300 millimeter. Sommige jaren worden als extreem nat ervaren. Vaak is het dan een kwestie van de pech hebben dat meer tropische depressies Cuba dat jaar bereiken. Een paar flinke depressies kunnen al voor een aanzienlijke hoeveelheid regen zorgen. Als we het over neerslag op Cuba hebben, dan hebben we het eigenlijk automatisch al over regen. Kijkend naar de klimaatstatistieken moet je toch begrijpen dat winterse neerslag in de vorm van sneeuw, hagel of ijzel hier uit te sluiten zijn. Witte stranden als gevolg van sneeuwval kun je hier echt vergeten.
Een patroon dat je op heel Cuba terugziet is dat het in de periode december tot en met april/mei aanzienlijk droger is dan in de periode mei/juni tot en met november. Je zou kunnen spreken van een droog seizoen en een regenseizoen, maar wij hebben het liever over het drogere seizoen en het nattere seizoen. De regen valt trouwens in heel het jaar grotendeels in de vorm van buien, die soms zeer heftig kunnen zijn maar dan vaak ook niet zo lang duren. In het nattere seizoen is de kans groter op een dag of meerdere dagen waarin het langduriger regent. Vooral in de maanden augustus, september en oktober is die kans groter.
Zonneschijn
Cuba is een zonnig land. Met gemiddeld 2600 tot 2900 uur aan zonneschijn per jaar is het aantal zonne-uren vrij hoog. Opvallend is dat de langjarige gemiddelde cijfers voor het aantal uren zonneschijn laat zien dat er amper verschil is tussen de twaalf maanden van het jaar. In de praktijk zijn de statistieken voor een bepaald jaar zelden zo gelijkmatig. Ieder jaar heeft wel een of twee maanden die beduidend somberder zijn dan wat de langjarige gemiddeldes aangeven en vaak zijn er ook wel maanden (vooral tijdens het winterzonseizoen) waarin het zonniger is dan gemiddeld. De kans op een (vrijwel) strak blauwe lucht is het grootste tussen eind oktober en half mei. Het is dan gemiddeld 50 tot 75 procent van de tijd (vrijwel) onbewolkt. Tussen half juni en eind september is die kans aanzienlijk kleiner. Je hebt dan gemiddeld 30% kans op zwaar bewolkt weer en 30% kans op half bewolkt weer. De kans op lichtbewolkt of vrijwel onbewolkt weer ligt dan op ongeveer 40%. In de statistieken valt dit amper op, omdat de periode met daglicht langer duurt dan in de winter. Relatief gezien is het dan somberder, terwijl in absoluut aantal uren zonneschijn er amper verschil is met de zonnigere eerste maanden van het jaar.
Wind
Op Cuba is de wind vaak aanwezig. Deze passaatwind is kenmerkend voor vrijwel heel het Caribisch gebied en waait op Cuba uit de oostelijke tot noordoostelijke richting. Ongeveer 70 tot 85 procent van de tijd is er sprake van een oostelijke of noordoostelijke wind. De noordelijke windrichting is iets meer aanwezig tussen half oktober en eind april. Dit is ook het seizoen waarin de gemiddelde windsnelheid iets hoger ligt dan in de zomermaanden. Vanaf november tot en met april ligt de gemiddelde windsnelheid rond de 10 tot 11 kilometer per uur. In de periode half mei tot en met september is dat 7 tot 9 kilometer per uur.
Cuba als winterzonbestemming
Wie de Nederlandse (of Belgische) wintermaanden op zoek wil gaan naar zon en warmte die zal Cuba in veel gevallen als een zeer aangename winterzonbestemming ervaren. Met temperaturen die overdag gemiddeld zo tussen de 24 en 28 graden liggen is het in Cuba dan prima vertoeven. In de hoger gelegen gebieden van Cuba kan het dan wel wat koeler zijn. Zo zul je in Topes de Collantes merken dat het er een paar graden koeler is. Wil je daar gaan wandelen of aan andere activiteiten deel gaan nemen dan moet je daar wel rekening mee houden. De nachttemperaturen liggen in Cuba tijdens het winterseizoen zo rond de 16 tot 20 graden Celsius. Aan de kust liggen de temperaturen dan hoger dan in het binnenland. Je zult ervaren dat je de airconditioning in de koelste maanden ’s nachts in het binnenland niet zo snel aan zult doen.
Hoewel het gemiddeld zonnig en aangenaam warm is in Cuba tijdens de winter, bestaat er ook een kans dat je met regen of wat lagere temperaturen te maken krijgt. Wat warmere kleding meenemen in de vorm van een vest en lange broek is daarom voor deze reisperiode dan ook zeker aan te bevelen. Bij uitzondering kan het voor lokale begrippen zelfs ronduit koel worden. Af en toe (vaak maar eens in de paar jaar) ontstaat er aan de oostkant van Noord-Amerika een koudeput die zeer koele poollucht in zuidelijke richting laat stromen. Dat betekent voor de oostelijke kant van deVerenigde Staten dat er extreme kou en sneeuwval voor kan komen. Deze kou gaat zo diep dat ook het weer in de doorgaans warme Amerikaanse staat Florida en zelfs het weer in Cuba beïnvloed wordt. Denk daarbij dan niet aan sneeuw of vorst, maar wel aan voor lokale begrippen serieus koele omstandigheden zoals temperaturen overdag onder de twintig graden Celsius, veel bewolking en soms een felle en relatief koele wind. Die combinatie zorgt ervoor dat het voor toeristen te koel wordt om in zomerse kleding rond te lopen en dat Cubanen zelfs met mutsen en sjaals rond gaan lopen. Wij hebben dit zelf ervaren in het begin van januari 2018 toen we in Varadero verbleven. Het kwik bleef overdag steken bij 18-19 graden, de zon liet zich bijna niet zien en de koele noordoostenwind zorgde ervoor dat we met lange broeken en vesten over het strand wandelden terwijl er niemand in bikini, badpak of zwembroek te zien was. Gelukkig zijn dit echt uitzonderingen, maar het is wel handig om bij het inpakken van je koffer of tas rekening te houden met dergelijke weersomstandigheden.
De beste winterzoncondities heb je over het algemeen in de maanden december en maart. In december is het zeewater net iets warmer dan in de periode die daarop volgt en in maart merk je dat de gemiddelde dagtemperatuur wat hoger ligt dan in december, januari en februari.
Orkanen
Cuba ligt in een gebied waar orkanen voor kunnen komen. Dat betekent niet dat de kans erg groot is dat je met een orkaan te maken zult krijgen op het moment dat jij je in Cuba bevindt, maar de kans is wel aanwezig. Soms is er sprake van een zeer actief orkaanseizoen terwijl andere jaren het vrij rustig blijft. Omdat orkanen zich door vrijwel het hele Caribische gebied verspreiden is Cuba ook niet ieder jaar ‘aan de beurt’. Vaak is het meerdere jaren achter rustig. Het orkaanseizoen begint in juni en duurt tot begin december. De maanden augustus, september en oktober vertonen niet alleen de grootste kans op orkanen, maar dit zijn ook de maanden waarin de kans hoger is dat je te maken krijgt met een zwaardere orkaan.
In het geval dat er zich een orkaan ontwikkeld die koers zet richting Cuba dan is er voldoende tijd om de mensen te waarschuwen en indien nodig te evacueren. Orkanen verplaatsen zich vrij langzaam en het pad is met redelijke nauwkeurigheid te voorspellen, zeker binnen een tijdspanne van 24 tot 48 uur. In het geval dat een orkaan Cuba vol of rakelings treft dan krijg je te maken met keiharde wind, veel regen en aan de kust hoge golven. In het geval dat een orkaan op een paar honderd kilometer afstand passeert dan valt het met de wind vaak wel mee (ten opzichte van orkaankracht), maar blijft de kans op veel neerslag (soms wel meer dan 100 millimeter op een dag) en hoge golven bestaan. Zo’n periode met zeer slecht weer duurt vaak een dag of 2 tot 3.